LICHAAMSTAAL VAN DE GEEST

eerder verschenen in  Schrift 1997

           

lichaamstaal

Ze was nogal verlegen. Woorden lagen haar niet zo, maar haar gevoel was diep. In de voorbereidingsgroep van de charismatische vieringen zei ze niet veel. Maar iedere keer als ik over Ezechiël hoor, dan denk ik aan haar. Dan zie ik haar weer dansen, waaiend als de wind die blaast over dorre doodsbeenderen en hen tot leven brengt.

 "Ammenooitniet", zei hij, toen hij al die opgeheven handen zag in de kerk. Hij was op aanraden van een kennis samen met zijn vrouw gekomen. Zij kwam bijna de deur niet meer uit wegens allerlei fobiën, dus hij was al blij dat dit gelukt was. Maar al dat gedoe en al dat gevoel..Soms zie ik ze nog wel eens. Je zou ze niet herkennen, zo actief ze tegenwoordig zijn in allerlei kerkenwerk. Het gevoel heeft z'n plek gevonden.

 "Sinds de dood van m'n man is er iets in mij opgesloten", vertelde ze. Ze wees op een lijn die haar schilderij in tweeën deelde. We waren met de werkgroep 'psalmschilderen' bezig om onze gedachten en gevoelens over Advent in verf uit te drukken. Cirkels van licht, het onbekende dat wil komen, iets nieuws dat wil beginnen, iedereen had er eigen ideeën bij. Voor haar was de Adventstijd beladen met pijnlijke herinneringen. Zo had ze geschilderd. "Als je die lijn wegschildert, wat gebeurt er dan?" vroeg één van de andere deelnemers. De vraag trof haar. Ze pakte verf en terwijl ze een opening in haar schilderij aanbracht, opende zich iets in haar.

 Haar lijf was niet van haarzelf. Sinds haar verkrachting had ze innerlijke afstand gehouden van alles wat met sex te maken had. Totdat een vrouw van haar ging houden. De tederheid die ze moeizaam toeliet, bracht haar eerst van haar stuk. Oude wonden kwamen boven en genazen langzaam in de warmte van deze liefde. Lichamelijk bemind leerde ze haar eigen lijf en gevoel aanvaarden. Als ik haar nu zie, zie ik een vrouw die er mag zijn.

 Dit zijn zomaar een paar voorbeelden uit de levens van mensen die ik ben tegengekomen. Het zijn helende gebeurtenissen waarin ik het werk van de Geest van God ben gaan zien. Het gaat God niet alleen om het behoud van onze ziel. Heel de aarde behoort tot het domein van Gods scheppende en herscheppende invloed. Dat wil zeggen: óok ons lichaam en de bijbehorende gevoelens. De Geest bedient zich van lichaamstaal. Is dat niet waar het Pinksterfeest over gaat?

   

begin

 "En het zal zijn in de laatste dagen, zegt God, dat Ik zal uitstorten van mijn Geest op alle vlees." (Handelingen 2)Er viel wat te zien en te horen, op die eerste Pinksterdag. Gods Geest neemt bezit van het groepje Jezus-volgelingen dat zich in Jeruzalem heeft verzameld. Het is het begin van een wereldwijde beweging. De Geest is werkzaam op de aarde, zo belijdt de kerk. Maar hoe precies? Tweeduizend jaar christendom laat een haat-liefde verhouding zien tussen lichaam en (G)geest.

 geschiedenis

 Het christendom, zoals ook dit citaat uit Joël laat zien, wortelt in het jodendom. Het hebreeuwse woord voor geest, roeach, betekent een kracht-in-beweging, een dynamiek van de aardse werkelijkheid (Waaijman). Ze is als de wind, waarvan je niet weet vanwaar deze komt of waar deze heen waait, maar ze brengt dingen in beweging. Ook is roeach: adem, de ademtocht. En verder wordt roeach gebruikt voor de emoties, het gevoel, de hartstocht. Er is geen scheiding, maar wel onderscheid tussen de menselijke geest en Gods Geest. De krachten die een mens in beweging zetten, kunnen vervreemdend en misleidend zijn. Maar zij kunnen ook door de roeach van God worden omgevormd en uitgezuiverd. Paulus, nog volop in de joodse traditie, noemt het lichaam 'tempel van Gods Geest'. Elders schrijft hij over de worsteling met 'zijn vlees' waar niets goed in woont.

 Aan de andere kant is het christendom gevormd door het hellenisme van de eerste eeuwen. De geest, het geestelijke, werd scherp afgegrensd tegenover het materiële, het lichamelijke. Het goddelijke werd gelijkgesteld aan het geestelijke en verheven boven het menselijke, aardse. Geest en natuur werden tegenover elkaar geplaatst, gepolariseerd.Deze Griekse invloeden hebben vanaf de twaalfde eeuw in het westerse denken de overhand gekregen. Theologie en cultuur worden in toenemende mate gekenmerkt door een tegenstelling natuur-geest (ofwel: natuur-cultuur). Pas in deze eeuw worden de desastreuze gevolgen van dit scheidingsdenken langzamerhand (h)erkend.

   

onze tijd

 Aan het begin van de twintigste eeuw ontstaan wereldwijd en gelijktijdig allerlei nieuwe religieuze oplevingen. Hun overeenkomstig kenmerk is een nieuwe aandacht voor de Geest van God, met bijbehorende extatische ervaringen. Het lichaam wordt herontdekt als een voertuig van Gods Geest. Zang, dans, handgeklap, ongewone gewaarwordigen, tongentaal, lichamelijke genezingen, sterke emoties, hechte gemeenschappen, zijn een paar van de meest opvallende kenmerken. Deze 'pinksterbewegingen' veroveren de wereld. Iets later ontstaan de bevrijdingsbewegingen, in allerlei vormen en gedaanten. Van basisgemeenten in Latijns-Amerika tot vrouwenekklesia's in het Westen. Ook hier is opvallend de aandacht voor het aardse, het lichamelijke en sociale leven van de mens.

 Aan het einde van deze eeuw wordt de zogenaamde New Age beweging populair, een verzamelnaam voor allerlei min of meer religieuze stromingen die het scheidingsdenken bestrijden. Inzichten uit christendom, gnostiek, oosterse godsdiensten, natuurwetenschap en psychologie worden tot individuele mengsels samengesteld. Het zijn, naar mijn mening, vooralsnog persoonlijke zoekontwerpen.

 Ondertussen heeft de kerk in het Westen te maken met een vergrijzing en leegloop. De pinksterbewegingen slaan vooral aan in de derde wereld. Het veelal bijbehorende fundamentalisme en moralisme vormt een grote barrière, waardoor de geestkracht van deze bewegingen onze hedendaagse cultuur niet wezenlijk kan vernieuwen. De charismatische beweging doet haar best deze lacune op te vullen, maar mist in haar burgelijkheid de rauwe emotionaliteit die de kracht vormt van de pinksterbeweging.

 

God-in-ons

God is niet alleen buiten, maar ook IN de mens. Dat is de heilige Geest. En die kun je voelen, ervaren. Zo werd het mij uitgelegd toen ik voor het eerst een pinkstergemeente bezocht. Het was een openbaring voor mij. God was zo verheven in mijn jeugd dat Hij (of Zij) compleet uit zicht was verdwenen. Dat er een kant aan God is die ook dichtbij is, dat wist ik niet, al had ik dat als kind wel zo gevoeld. In theologische termen: de transcendentie van God had de immanentie verdreven. De Heilige Geest echter verenigt deze twee aspecten van God, leerde ik. Niet alleen met je hoofd, maar ook met je gevoel geloven. Met alles wat in je is, God loven. Zo ongeveer werd het mij verteld. Vijfentwintig jaar later weet ik dat dat 'alles' heel wat meer omvat dan ik destijds dacht. Het lichamelijke in de dienst aan God meenemen omvat niet alleen het letterlijke lichaam, in handgeklap, dans, handoplegging enzovoorts. Het omvat de hele levenssfeer: werkomstandigheden, economische positie, sociale rechtvaardigheid, concrete hulpverlening, politieke macht. De Geest bedient zich van lichaamstaal. Dát is wat incarnatie eigenlijk inhoudt. Ik denk dat de diepte van betekenis hiervan nog steeds niet gepeild is. De lichaamsbehoeften, de aandriften, wat we het dierlijke noemen (veelzeggend!), hebben nog steeds niet een volwaardige plaats in ons (theologisch) bewustzijn gekregen. De goddelijke en de menselijke liefde hebben zich nog niet met elkaar verzoend. Zowel de klassieke mystiek als de moderne feministische theologie bieden perspectieven.


 feministische theologie

De scheiding tussen geest en materie heeft desastreuze gevolgen met name voor vrouwen. Vrouwen werden en worden geïdentificeerd met natuur, het lichamelijke, emoties, de materie (matèr=moeder); mannen met cultuur, geest, ratio. Daaraan gekoppeld is een hiërarchie in waarden: cultuur, ratio, geest, worden hoger aangeslagen. Dit heeft tot op vandaag een beslissende invloed op ons denken en doen, ook in de kerk. Catharine Halkes heeft deze scheiding tot hoofdthema van haar theologie gemaakt.

Het scheppende werk van de Geest is niet alleen scheidend, maar ook zegenend. Is God een soort uitvinder, of ook Iemand die 'doet bloeien'? Gods handelen bestaat niet alleen uit een ingreep in de gebeurtenissen door verlossing en bevrijding. Het scheppend werk van God heeft zowel een ingrijpend als duurzaam aspect. God handelt ook door het leven in stand te houden. God zegent door vruchtbaarheid te schenken, door het ritme van geboorte, leven en sterven. Hiermee legt Halkes een bijbelse verbinding tussen Geest en natuur.

 Hierop aansluitend spreken sommige theologen over erotiek als de (potentiële) kracht van God. Erotiek is een kracht-tot-verbondenheid, een 'hartstocht voor wederkerigheid en rechtvaardige relatie' (Carter Heyward). In onze eigen geslachtelijkheid ligt het aanknopingspunt voor de Geest van God. Patriarchaat en machtsdrift hebben deze oerkracht echter verwrongen waardoor het bevrijdend en scheppend potentiëel ervan geen ruimte krijgt.

 

mystiek

"In onze westerse cultuur lijken het heilige en het seksuele elkaar uit te sluiten, evenals het religieuze en het affectieve, dat is: liefde als een ongedeelde totaalervaring van lichaam en geest." .. "Wanneer het niet lukt religie en erotiek in een nieuwe gelukkige verhouding met elkaar te brengen en de menselijke waardigheid te verzoenen met de geslachtelijkheid, zal het niet tot de wedergeboorte van de godsdienst komen". Aldus Steggink en Schubart, in 'Spiritualiteit'.

Liefde als ongedeelde totaalervaring van lichaam en geest. Als wij God die liefde is, aanbidden, mag dan ons lichaam meedoen? In de klassieke nederlandse minne-mystiek worden Godservaringen regelmatig in erotische taal beschreven. Dat is de reden waarom ze vaak als ziekelijk worden afgedaan, hetgeen mijns inziens meer zegt over de negatieve kijk op erotiek dan over de mystieke ervaring op zich. Hysterie, hormonen, seksuele sublimatie? Of is het, in de woorden van Simone de Beauvoir, een intensiteit van geloven die het lichaam geheel doordrenkt, waardoor de seksualiteit opgenomen én overstegen wordt?

   

een persoonlijke ervaring

Het was net alsof ik binnenstebuiten werd gekeerd. Alsof mijn lichaam 'binnen' zat en mijn binnenste 'buiten' was geworden. En ik werd opgenomen in licht en verrukking. Het valt haast niet te beschrijven. Het was alsof ik onder water was, in een andere wereld waar men een andere buitenkant, een ander lichaam nodig heeft om te kunnen leven en communiceren. "Binnenstebuiten geklapt' was ik helemaal afgestemd op deze wereld, in mijn element. Mijn lichaam hoorde bij mij, ik was niet 'weg' of zo, al was mijn vorm van zelfbewustzijn net zo binnenstebuiten, dus niet zo bewust aanwezig. Ik voelde dat ik zó, op deze wijze, de - hoe zal men het zeggen - de organen van communicatie bezat waarmee ik in Jouw nabijheid kan leven. Ik was en Jij was - licht als mist dat zich krult om mij heen, een spel van tederheid en doldwaas plezier, zwemmend, koppetje-duikend, doordringend en uitgaand. Ik bewoog mij in Jou - of was het weer andersom? Binnenstebuiten trad ik Je binnen. De aarde en mijn lijf droeg ik in mij met mij mee, het was de grond en het ankerpunt, de vaste kern van mijzelf. Mijn 'buitenkant' stroomde en vloeide in samenspraak met Jou zonder woorden. We lachten zo veel zo vrij.

 Dit is een notitie uit mijn journaal van een aantal jaren geleden. Soortgelijke ervaringen kwamen in die tijd regelmatig voor en ik zocht naar een duiding. Het trof me dan ook toen ik het begrip 'perichorese' tegenkwam in de theologie van Jürgen Moltmann.

 

wederzijdse doordringing

Perichorese is van oudsher de omschrijving van de gemeenschap die er binnen de Drie-Ene God bestaat. Het betekent zoveel als: 'omarming, wederzijdse doordringing of inwoning.' 'Wederzijdse doordringing' is een manier om de relatie tussen Vader, Zoon en Heilige Geest te beschrijven. Je zou kunnen zeggen: perichorese is de onderlinge communicatie-vorm van de Drie-Eenheid. Het is een vorm van eenheid die de onderlinge verscheidenheid niet opheft, maar deze juist accentueert.

Moltmann pleit ervoor dit begrip uit te breiden met de relatie tussen God en de schepping. De wereld wordt door Gods Geest als het ware ingetrokken in het liefdesleven van de Drie-Ene God. Perichorese als een dynamische verbondenheid biedt een perspectief waarin ervaringen als hierboven beschreven verstaanbaar worden. Communicatie tussen mensen, tussen God en mensen, met volledig inbegrip van lichaam en geest, zonder onderscheidsverlies, blijkt een ervaarbare mogelijkheid.

 Deze ervaring geeft overigens een intrigerend perspectief op het leven na de dood. Is er een geestelijk bestaan mogelijk waarin het lichaamsbewustzijn is opgenomen, 'binnenstebuiten' als het ware?

 

tot slot

Vervreemding van het lichaam maakt de 'taal' van de Geest onverstaanbaar. Dit is mogelijk ook een reden waarom pinksterbewegingen minder aanslaan in onze westerse wereld. Het Pinksterfeest krijgt weinig aandacht bij ons, vergeleken met Kerst en Pasen. We weten er niet goed raad mee. De Geest waait waarheen Zij wil, maar meestal net om de hoek, lijkt het wel. Wellicht moeten we eerst weer de lichaamstaal van de Geest leren verstaan. In en door onze eigen lichamen wil Gods Geest zich uitdrukken in onze wereld. Kom, Schepper Geest, en vernieuw het gelaat van de aarde...

  

Om verder te lezen:

En alles zal worden herschapen. Gedachten over de heelwording van de schepping in het spanningsveld tussen natuur en cultuur. Catherina Halkes, Ten Have, Baarn, 1989.

Spiritualiteit. Sociaalwetenschappelijke en theologische beschouwingen. Samenstelling Jan van der Lans, Ambo, Baarn, 1984.

Wat is spiritualiteit? Kees Waaijman, Titus Brandsma Instituut, Nijmegen, 1995. 

Sporen van God
Kun je iets van God merken ? Misschien wel.
Map
Info